Noorse Boskat is een oud kattenras
In het wild leven in Noorwegen en Zweden nog Noorse boskatten. Deze kattensoort valt op door zijn wilde uiterlijk.
Een schitterend mooi kattenras is de Noorse Boskat. Boskatten leven van oorsprong in Scandinavië, in sommige gebieden van Noorwegen en Zweden komen ze nog in het wild voor. Deze kattensoort wordt in hun eigen taal Norsk Skogkatter genoemd.
De Noorse Boskat valt op door zijn wilde uiterlijk en mooie kattenvacht. Het is een grote gespierde kat met een lang lichaam en lange poten.
De achterpoten zijn langer dan de voorpoten. Deze katten hebben een dikke pluizige vacht die bestand is tegen koud klimaat. Het is een dubbele laag die warmte makkelijker vasthoudt.
De onderlaag is van zachte wolharen en de boven vacht bestaat uit dekharen. Vooral de dekharen zijn glanzend lang, licht en vettig. Van achter een lange bozige staart met voorop robuuste kop. Op de oren zitten lynx pluimpjes en er groeien wat langere haren uit de oren.
Borstelen van Noorse boskat
De half langharige heeft in tegenstelling tot langharen bijna geen onderhoud nodig. Eén keer per week borstelen of kammen is voldoende om klitten te voorkomen en vacht in conditie te houden.
In de rui moet hij intensief dagelijks geborsteld worden. In de zomer verliest hij zijn behaarde kraag en een groot deel van zijn ondervacht.
Een tolerant oud kattenras
Het is een oud kattenras die bekend staat als tolerant tegenover kinderen en andere huisdieren. Het is een lief en aanhankelijk dier, bijzonder huiselijke kat.
Noren kunnen binnengehouden worden, maar komen graag buiten. In huis mag een stevige klimpaal niet ontbreken. Er moet flink gespeeld worden, want ze zijn zeer actief en op hoge leeftijd blijven ze speels.
Het kan wel vijf jaar duren voordat hij helemaal is uitgegroeid tot volwassen exemplaar. De Noorse boskat wordt gemiddeld twaalf jaar oud.
